Een vrouw zit op haar bed, ze is ziek.
Ze weet dat haar laatste weken zijn gekomen en ze maakt zich klaar voor het overgaan naar de Hemelse sferen.
Ze heeft er vrede mee en alles wat ze nog moest regelen is al geregeld. Ze heeft van iedereen al afscheid genomen en er staat niets meer in de weg om over te gaan, behalve één ding.
Ze kijkt naar het schrijfpapier wat voor haar ligt. Ze wil zo graag nog één brief schrijven aan haar kind, maar ze weet de woorden niet te vinden. Somber kijkt ze naar het velletje papier en er stromen tranen over haar gerimpelde wangen naar beneden.
Ze laat zich weer achterovervallen in haar kussen en doet haar ogen dicht.
De laatste dagen had ze de Engelen al horen fluisteren, maar ze kon de woorden nog niet verstaan.
De vrouw wist dat ze haar aan het voorbereiden waren op het heen gaan, maar het was nog niet de juiste tijd.
Weer hoorde ze de Engelen in de verte fluisteren. De vrouw deed haar ogen open en zei: “Ik weet dat jullie er zijn en ook weet ik dat het nog niet zo ver is om naar de Hemel te gaan. Wat ik wel weet is dat jullie mij hierop voorbereiden en ik ben daar zo dankbaar voor, maar ik heb nog één wens. Ik zou zo graag nog een brief willen schrijven voor mijn kind dat ik achterlaat.
Ik zou deze brief dan met de kerst willen geven. Misschien ben ik er dan nog, en zal er altijd een brief zijn om terug te kunnen lezen. Mijn vraag aan jullie is, willen jullie mij hiermee helpen?”
De vrouw luisterde, maar heel in de verte hoorde ze stemmen die ze niet verstond.
De vrouw deed haar ogen dicht en langzaam viel ze in een diepe slaap.
De vrouw deed haar ogen weer open. Ze lag niet meer in haar bed.
Ze was op een plek aangekomen die ze ergens van kende, maar waarvan wist ze niet.
De zon scheen en de lucht was blauw. Kleine wolkjes dreven langzaam over.
Overal waar de vrouw keek zag ze prachtige rode rozen staan.
De geur was overweldigend.
De vlinders fladderden van bloem naar bloem. Opeens werd ze op haar schouder getikt. Verschrikt keek ze om zich heen en zag een prachtige Witte Engel staan.
“Dag, ik ben Gabriëlla en ik kom je alvast voorbereiden op waar jij straks naartoe gaat.
Ga je met mij mee?” vroeg ze en stak haar hand uit.
De vrouw was verrast en heel voorzichtig gaf ze de Engel haar hand.
“Je hebt mij en de andere Engelen al gehoord, maar je kon ons nog niet verstaan.
Dat komt omdat het nog heel even duurt voordat je hier naartoe mag komen.
Ik zal je laten zien waar je na het overgaan naartoe gebracht zal worden, zodat de reis voorspoedig en zonder angst zal verlopen.” De vrouw had met gespannen aandacht naar de Engel geluisterd en knikte.
Opeens veranderde het decor en waren ze in een groot gebouw.
De vrouw zag een grote hal, waar aan weerskanten pilaren stonden.
Om deze pilaren heen groeiden rode rozen en de geur was zó zoet.
Het plafond was hoog en de vrouw zag de sterren en planeten langs draaien.
Achter elke pilaar in deze grote hal was een kamertje. “Zullen we daar naar binnen gaan?” vroeg Gabriëlla. De vrouw keek haar ogen uit. Overal waar ze keek zag ze prachtige witte Engelen rondlopen en zag ze mensen die naar binnen werden gebracht na hun aardse reis. “De mensen worden hier naartoe gebracht als ze over het lijden heen zijn gegaan.
Ze worden hier verzorgd door ons, de Engelen.
Ze mogen uitrusten van hun aardse reis en hebben tijd nodig om hiervan te herstellen.
De één heeft wat meer tijd nodig dan de andere. Jij zal wat langer nodig hebben”, zei de Engel en ze streelde de vrouw even door haar zachte lange haren. “Je hebt een zwaar leven gehad en je lichaam heeft het gewonnen van de geesteskracht.
Het is bijna tijd….
Maar kom, ik zal je jouw kamer laten zien”, en Gabriëlla liep voor de vrouw uit.
Ze liepen langs een prachtige pilaar met rode rozen naar de kamer die erachter lag.
Het was een prachtige kamer.
De muren zaten vol met de mooiste edelstenen en het voelde hier zo vredig aan.
Er brandden kaarsen langs de wand. Ook zag de vrouw een bad staan en een schitterend gewaad lag klaar voor wanneer ze hier straks aankwam. Er stonden grote vazen met rode rozen aan weerskanten van haar bed. Het was allemaal zo sereen.
“Hier zal jij verzorgd gaan worden door mij en de andere Engelen.
Zodra je iets bent opgeknapt mag je bezoek ontvangen en zal je veel lieve mensen weer terug gaan zien. Ze staan al op de uitkijk en zitten met spanning op je te wachten.
Je vader en je moeder zijn er bij je op het moment dat jij je ogen gaat sluiten.
Ze zullen je in de strijd van loslaten van het aardse begeleiden.
Ze zullen niet van je zijde wijken. Als het moment daar is, zal de verbinding verbroken worden en ik zal je via de trappen naar de Hemel begeleiden.
Je vader en moeder reizen mee en zullen ons helpen. Daarna zal je heel even afscheid van ze moeten nemen, omdat je moet rusten. Maar zodra je wat hersteld bent, zullen ze weer aan je bed komen zitten.”
De vrouw keek nog steeds naar haar kamer en ze wist dat het niet meer zo lang zou duren als ze had gehoopt. Ze voelde dat het tijd was om voor het laatst afscheid te gaan nemen.
“Kan ik nog iets voor je doen?” vroeg Gabriëlla en ze keek de vrouw vertederd aan.
De vrouw keek met tranen in haar ogen de Witte Engel aan.
“Ik zou zo graag nog een brief willen schrijven aan mijn kind, maar ik heb de kracht er niet meer voor.
Ook kan ik de woorden hiervoor niet goed vinden. Ik wilde de brief graag met de kerst geven, maar als ik goed voel, denk ik dat ik met de kerstdagen er niet meer bij ben.”
De Engel keek de vrouw met betraande ogen aan en pakte haar beide handen vast.
“Nee, mijn kind, we zullen je veel eerder op gaan halen.
Misschien is het nog te vroeg om een brief te schrijven.
Misschien is het beter om iets te schrijven wanneer je hier al bent.
Dan ben je vrijer met je woorden, en zullen ze de liefde die je vanuit hier ervaart, kunnen voelen. Dan wordt je kind ook heel even aangeraakt en zal dat een kerstgevoel teweegbrengen.
Is dat een goed idee?” vroeg de Engel aan de vrouw.
De vrouw knikte, ze was moe geworden. “Kom, ik breng je weer terug.
Over een week zullen we je komen halen.”
Opeens lag de vrouw weer in haar bed en werd met een schok wakker.
Ze hoorde de stemmen weer om zich heen, maar nu wat duidelijker dan aan het begin van de avond. “Maak je klaar voor het afscheid en heb vertrouwen”, zei de Engel en langzaam zakte de vrouw terug in een droomloze slaap.
Een week later was het zover. De vrouw had haar ogen gesloten en ze zag dat haar vader en moeder aan haar bed zaten. Ze was te moe om hen te begroeten, maar dat gaf niet. Straks had ze alle tijd om met hen samen te zijn. Het licht was helder achter haar ogen en ze voelde zich steeds een beetje lichter worden.
Zo nu en dan voelde ze dat ze weer terug gezogen werd in haar lichaam en dat deed zeer. Maar haar lichaam gaf het strijden snel op en haar geest kwam langzaam los van haar lichaam.
De Engelen om haar heen keken tevreden toe. Opeens keek de vrouw naar de Witte Engel, die ze eerder had ontmoet. “Gabriëlla”, zei ze zacht.
De Witte Engel pakte de vrouw op uit haar bed, en keek naar de Hemel. Vanuit de Hemel kwam een strook fel wit licht en scheen op de vrouw neer.
De Witte Engel vroeg: “Lieve vader, lieve moeder van de Hemelse sferen, ik heb hier deze lieve vrouw, uw kind, mag ik haar via de trappen van de Hemel naar huis toe brengen?” Een fel gouden licht nam de plaats in van het witte licht. Op het moment dat het gouden licht de vrouw aanraakte, was de verbinding met haar lichaam verbroken. Dit was het moment dat de Engel met de vrouw in haar armen de trap op ging naar het licht en trad de Hemelpoort binnen.
Er gingen weken voorbij en de vrouw bleef in haar kamer.
De Engelen waren veel bij haar. Ze wasten haar en kamden haar lange haren. Telkens zodra ze in bad was geweest, voelde ze de kracht terug keren. Ze was ook al even buiten gaan kijken.
Ze had oude bekenden gezien die haar kwamen begroeten, en het was een heerlijk weerzien. Op een dag kwam Gabriëlla naar de vrouw toe gelopen.
“Kun jij je het moment dat ik jou voorbereidde op deze wereld nog herinneren en je mij zei dat je graag een brief aan je kind wilde schrijven?”
De vrouw die er nu veel jonger en krachtiger er uitzag, keek blij naar de Engel.
“Ja, ik weet het nog”, zei ze blij.
“Het is bijna kerst en misschien vind je het fijn om nu een brief te schrijven.”
De vrouw keek de Engel vragend aan. “Maar hoe komt deze brief dan bij mijn kind?” vroeg ze verbaasd. De Engel lachte. “Daar weet ik een oplossing voor. Ik zal dit verhaal door gaan geven aan de schrijfster van dit verhaal, en jouw kind zal het dan gaan lezen. Zo komt het op de juiste tijd en op het juiste moment aan.”
De vrouw glimlachte en keek de Engel weer aan. “Moet ik nog iets op gaan schrijven?
Hoe moet ik dit dan aan de schrijfster overbrengen?” De Engel lachte weer.
“Kom”, zei ze en pakte de hand van de vrouw vast. Opeens stonden ze naast de schrijfster van dit verhaal en de Engel legde de hand van de vrouw op de schouder van de schrijfster. Een zachte trilling ging er door de schrijfster heen en ze begon te schrijven;
Mijn lieve kind….,
Ik wil je laten weten dat het goed met mij gaat, ik word goed verzorgd en Gabriëlla mijn Engel is veel bij me.
Ook heb ik opa en oma gesproken en je krijgt de groetjes.
Papa is hier ook en hij heeft mij ook bezocht. We hebben afgesproken dat we jou veel komen opzoeken en zoveel mogelijk gaan helpen waar we mogen.
Weet dat ik je heel erg liefheb en dat ik altijd een goede moeder voor je heb willen zijn. Soms was het moeilijk, omdat ik zo vaak ziek was en de strijd met mijzelf soms ondragelijk was. Maar weet dat ik jou nooit ben vergeten, en dat ik tot het einde toe ben blijven vechten voor jou. Nu ik weet dat jij het alleen kan, kon ik niet anders dan de strijd die ik leverde op te geven. Ik heb te veel van mijn lichaam gevraagd en het is me elke minuut waard geweest.
Zodra ik nog meer hersteld ben, zal ik je op je neus tikken of over je wang en haren strijken, zoals wij voor mijn heengaan hebben afgesproken. Mijn lieve kind, ik ben zo trots op jou en op hoe jij in de wereld staat. Maak van je leven een feestje en ik zal op je wachten als je tijd daar is.
Je liefhebbende moedertje.
De Engel en de vrouw zagen hoe de schrijfster van dit verhaal alle woorden die de vrouw doorgaf woord voor woord opschreef.
En toen het verhaal klaar was, plaatste ze het op Facebook.
Het verhaal werd gelezen, en het werd door vele mensen gedeeld. Zo kwam het verhaal uiteindelijk bij het juiste kind dat zijn of haar moeder zo miste terecht.
Een klein kerstberichtje van een liefhebbende moeder.
De vrouw en de Witte Engel keken met tranen in hun ogen toe, naar al die kinderen dit verhaaltje lazen en waren dankbaar.
Geschreven door Jolanda Rhijnsburger